Ruimtelijke kwaliteit is een containerbegrip met vele betekenissen, variërend in tijd, plaats, belang en schaalniveau. Iedereen interpreteert het begrip anders, en daardoor heeft het weinig of geen bindende werking meer in gebiedsontwikkelingsprocessen. Ook al worstelen we met het begrip, het krijgt tegelijkertijd veel aandacht van ruimtelijke planners, niet in de laatste plaats vanuit het normatieve uitgangspunt dat de kwaliteit moet verbeteren. In dit boek wordt het begrip ruimtelijke kwaliteit opnieuw gedefinieerd en hanteerbaar gemaakt voor toepassing in gebiedsontwikkeling.

The variability in bicycle demand depends strongly on weather. This paper describes a ‘weather’ model that makes demand forecasting possible. The model is based on flow time-series of many years, collected at 16 cycle paths in the Dutch cities of Gouda and Ede. The model is bi-level. The lower level describes how cyclists value the weather. The upper level is the relation between demand and this weather value. The observations show that most cyclists value the weather in a similar way, but recreational demand is much more sensitive to weather than utilitarian demand.

In de Lausitz, in het oosten van Duitsland, ruim honderd kilometer ten zuiden van Berlijn bevinden zich bruinkoolmijnen. Het integreren van landschapsnarratie met het landschappelijk en ecologisch benaderen van landschapsherstel als uitgangspunt voor het ontwerpen aan voormalige bruinkoolmijnen in de Lausitz. Dat is de inzet van de masterstudie, waarover in dit artikel verslag wordt gedaan

Before transforming the built environment, one must understand the characteristic of regenerative systems. The aim of this study was is to compare fossil-fuel energy systems with regenerative systems. It explores key properties and constraints of regenerative energy systems with respect to spatial organization and design of the built environment. The findings of this comparative analysis are illustrated with the help of a regional case-study in South Limburg, the Netherlands.

This report provides a state-of-the-art overview of governance literature on adaptation strategies. What has recent research taught us on adaptation from the perspective of governance and to what research agenda does this lead? This report is structured as followed. Firstly, it will be argued why adaptation is a matter of governance. Secondly, the research methods for the literature study will be outlined.

De nieuwe Wet ruimtelijke ordening geeft lagere overheden meer te zeggen. Slecht nieuws voor landschapskwaliteit, vreest onderzoeker Joep Dirkx. De provincies en het rijk houden wel mogelijkheden om landschapsschoon te beschermen, maar ze moeten daarvoor de lagere overheden in een keurslijf duwen. En dat gebeurt bij voorkeur niet in polderland, aldus WOT Natuur en Milieu

Geographical information systems can offer insights into the possibilities for emergency response and the possibilities for self help during a disaster, such as a flooding or explosions. Based on this information, proposed housing areas can be adapted. The building site can be elevated or ‘safe havens’ for shelter can be created. Nevertheless, such information was hardly taken into consideration in local spatial planning practices, especially with respect to flood risks. Local governments did not feel themselves responsible for the reduction of potential flood consequences.

Dit boekje wil bouwstenen aanreiken voor het proces dat herstel van de Vecht naar een halfnatuurlijke laaglandrivier beoogt. In combinatie vormen deze bouwstenen een samenhangend beeld van de Vecht, dat op lange termijn (over enkele decennia) gerealiseerd zou kunnen worden. De set van bouwstenen vormt een overkoepelende strategie, waarop kan worden teruggevallen bij planvorming en toekomstige uitvoeringsprojecten.