Перейти к основному содержанию

page search

Library Steekmuggen in de waterbergingsgebieden Peize en Roden : monitoring 2009

Steekmuggen in de waterbergingsgebieden Peize en Roden : monitoring 2009

Steekmuggen in de waterbergingsgebieden Peize en Roden : monitoring 2009

Resource information

Date of publication
декабря 2010
Resource Language
ISBN / Resource ID
NARCIS:wur:oai:library.wur.nl:wurpubs/400322

In de periode mei-augustus 2009 zijn steekmuggen gemonitord in de waterbergingsgebieden Peize en Roden-Norg; larven en poppen op 40 locaties en volwassen steekmuggen op acht locaties. Beide levensstadia zijn gemonitord volgens een gestandaardiseerde methode. De monitoring liet zien dat er momenteel geen sprake is van het optreden van eventuele overlast van steekmuggen. Larven en poppen van huissteekmuggen (Culex) zijn in plas-dras situaties aangetroffen. Gezien het tot op heden geringe aandeel van plas-dras situaties in het totale oppervlak van de waterbergingsgebieden wordt aangenomen dat dit onder de huidige omstandigheden niet tot overlast in de nabije bewoning leidt. Na herinrichting kan de groep van huisteekmuggen mogelijk in aantal toenemen in de waterbergingsgebieden omdat er meer tijdelijke wateren in met ruigtekruiden begroeide plas-dras situaties gaan ontstaan. Dit kan worden voorkomen indien deze situaties in de zomermaanden weinig tijdelijke wateren bevatten. Momenteel komen moerassteekmuggen (Aedes) in relatief lage aantallen beperkt voor in de waterbergingsgebieden. Na herinrichting kunnen de moerassteekmuggen mogelijk talrijker worden in de voorjaarssituatie, omdat na natte winters met hogere peilen tijdelijke wateren achterblijven die pas in de vroege zomer opdrogen. In de met flab en kroos bedekte sloten komen lage tot matige aantallen malariamuggen (Anopheles) voor. Na herinrichting zal het aandeel sloten sterk verminderen en er zal mogelijk een waterkwaliteitsverbetering optreden. Hierdoor zal het aantal malariamuggen in het gebied teruglopen. In de met emergente vegetatie begroeide sloten komen naar alle waarschijnlijkheid in lagere aantallen maar zeer verspreid plantenboorsteekmuggen (Coquillettidia richardii) voor. Na herinrichting zal het aandeel sloten met emergente vegetatie verminderen waardoor het aantal plantenboorsteekmuggen hoogstwaarschijnlijk zal afnemen.

Share on RLBI navigator
NO